De energiemaatschappij van straks

De energierekening stijgt en gaat een alsmaar groter deel van de totale woonlasten uitmaken. Industrieën dreigen Nederland te verlaten als we hier niet naar schaliegas gaan boren, of op een andere manier ervoor zorgen dat hun energiekosten lager worden. We hebben het hier over energie die we inkopen in de vorm van aardgas, elektriciteit of warmte. Gemaakt van grondstoffen waaraan door steeds meer mensen steeds harder wordt getrokken. En anders is de prijs ervan wel gekoppeld aan iets waaraan nog harder wordt getrokken (aardolie). Terwijl het fossiele tijdperk juist begon als een goedkope manier voor een productief en comfortabel leven. Dat hebben we een tijdje voor onszelf kunnen houden maar het einde van die tijd gaan we meemaken. En dan?

Dan gaan we op een andere manier onze energie maken en gebruiken. We hebben minder nodig straks want onze gebouwen, onze spullen en wie weet ook wijzelf zijn zuiniger als we ons een beetje aanpassen aan onze veranderende omgeving. Wat we aan energie nodig hebben maken we thuis of in de buurt uit afval waar echt niks beters mee is te doen en met zonnepanelen, windmolens, aardwarmte en andere technieken die vooral investeringsgeld vergen. Brandstoffen zoals we die nu kennen, kennen we straks niet meer.
Ook andere grondstoffen gaan we anders gebruiken.

3D-printers zijn nu al voor kleinschalig thuisgebruik beschikbaar. Relatief duur en voor kleine gebruiksvoorwerpen nog (pottenbakken, met losse handen), maar ze zijn er al. Nodig is wat kunststofdraad. Die koop je bij de groothandel. Straks gaat er ook zetmeel in. Ook gaan we thuis allerlei kapotte of in onbruik geraakte spullen zodanig verpulveren dat we de grondstof hebben om er weer nieuwe spullen van kunnen maken. Kijk maar eens op youtube: will it blend? En van het echte restje maken we dus dat beetje energie in de vorm van gas of warmte dat we nodig blijven hebben, naast de stroom uit wind en zon. In Sneek wordt in een nieuwe wijk het GFT thuis vermalen en in de buurt-rioolzuivering omgezet in energie. In Wageningen wordt gewerkt aan elektriciteit uit planten (plant-E). Dus een thuiskwekerij die zichzelf van stroom voorziet.
Intussen komt ook de nanotechnologie ons helpen.

Binnen onze huidige nationale energiehuishouding is dit perspectief vooral leuk, maar niet substantieel. Sowieso maakt het huishoudelijk energieverbruik maar een klein deel uit van het totaal (industrie, de rest van het bedrijfsleven maar ook het verkeer zijn groter). Dus hebben we het hier over spielerei of is het een illustratie van hoe de hele ‘energie-maatschappij’ verandert? De grote vraag is denk ik of we ons los kunnen en willen maken van aardgas. Bij tenminste gelijkblijvend welvaartspeil.

Op huishoudelijk niveau kan het misschien wel. Meer thuis-installaties en een beetje meer eigen tijd besteden aan het maken van spullen, eten en energie (dus niet meer alleen consumeren, beste consument). Wat doet de industrie hier nog? Wat ze precies voor spullen maken en uit welke grondstoffen, daar wil ik nog wel eens induiken, maar vanuit de energiemaatschappij bezien kan ik me voorstellen dat er veel meer verbindingen komen met de gebouwde omgeving voor energie-uitwisseling en met de ongebouwde voor grondstofwinning. Er komt steeds meer informatie beschikbaar over wie wanneer waar welke soort energie nodig heeft, er komt steeds betere infrastructuur en andere bijbehorende voorzieningen, de regeltechniek gaat mee. Misschien ontstaat er wel een echte nationale energiehuishouding waarin de landbouw, de industriële productie, het transport en de huishoudens met energie-infrastructuur en informatietechnologie aan elkaar hangen en elkaar op de goede momenten van de goede producten en diensten voorzien. In de winter is er wat meer ruimteverwarming nodig dus wordt er industrieel wat meer of wat anders geproduceerd dan in de zomer. Een lange regenperiode levert andere producten maar daar zijn we aan gewend en we zien het ook aankomen dus onze thuisinstallaties draaien ook even op andere grondstoffen. En dat alles bij toenemend welvaartspeil. In de Rotterdamse regio wordt al industriële restwarmte gebruikt voor verwarming en wordt industriële CO2 gebruikt voor plantengroei in tuinbouwkassen. De eerste lijnen liggen er.

We krijgen een andere energiehuishouding. Een energie-economie die meer kapitaalsintensief is. Een energie-maatschappij met veel meer samenhang tussen productie en consumptie en tussen energie, voedsel, spullen en afval. En een energielandschap dat niet meer als zodanig is te herkennen want de huidige generatie windmolens is straks uitgespeeld, daken en gevels die stroom opwekken zien we als gebouwen, en fabrieken waar ook energie vandaan komt, zien we als fabrieken.

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *