De Warmtewet en haar opstartperikelen

Sinds dit jaar is de Warmtewet van kracht. Waren er voorheen alleen gebonden klanten, nu zijn er ook (aan de wet) gebonden leveranciers. Het eerste rumoer openbaart zich, toezichthouder ACM is actief en de Tweede Kamer houdt de vinger aan de pols. Ik hou het ook in de gaten en ben van plan om via mail en blog de mensen die dat willen, op de hoogte te houden. Mocht je geen prijs stellen op zo’n mail, laat me dat weten.

Onder de Warmtewet vallen de oude grootschalige stadsverwarming (daar begon het om), maar ook de variatie aan warmte- (en koude)projecten op nieuwbouwlocaties en de collectieve ketels (blokverwarming) in flatgebouwen. In orde van grootte tien, honderd en duizenden projecten, met tienduizenden, honderden en tientallen afnemers.

Op 18 februari a.s. spreekt de Kamercommissie EZ er met de minister over, vanuit twee soorten rumoer of gedoe die nu spelen: de op grond van de wet veranderde vaste kosten bij de grote stadsverwarming die bij klanten tot een ander inzicht leiden, en de kleine blokverwarming waar corporaties en VVE’s te maken krijgen met administratieve,
economische en juridische perikelen nu ze bij wet leverancier van warmte zijn geworden.
http://www.tweedekamer.nl/vergaderingen/commissievergaderingen/details/index.jsp?id=2013A05252

Over de nieuwe tarieven heeft de ACM vragen gesteld aan de vier grote warmteleveranciers Nuon, Eneco, Essent en Stadsverwarming Purmerend. ACM verwacht niet eerder dan in april iets over de resultaten te kunnen melden.
http://www.consuwijzer.nl/nieuws/acm-neemt-invulling-warmtewet-onder-de-loep?cookie=ja.1392118704242-111681370

Interessant is dat de ACM inclusief Consuwijzer zich als beschermer van consumenten opstelt, waar voorganger DTe vooral aan regulering van grotere partijen deed. De warmtemarkt is voor de ACM ook tamelijk nieuw, laten we hopen dat ze zich de materie snel eigen hebben gemaakt.

Voor corporaties en VVE’s is warmte geen gewone service meer en de kosten ervan zijn dus ook geen post meer in de servicekosten. Er moet nu vooraf een tarief bekend worden gemaakt en daar moet je de exploitatie maar mee zien rond te krijgen, verrekening achteraf van de over een jaar gemaakte kosten voor verwarming mag niet meer.

De kern bij gedoe rondom de Warmtewet en warmtekosten is dat de prijs van warmte niet is gebaseerd op de kosten ervan, maar op de kosten van verwarming via aardgas. Het gevolg kan zijn dat inefficiënte
(blok)warmtesystemen in de problemen kunnen komen omdat ze niet meer alle kosten mogen verrekenen. Vernieuwing van die projecten kan dan aan bod komen (als daar geld voor is), hoewel energie-efficiëntie en milieu geen doelen van de wet zijn. Ombouw naar volledig gas is soms wellicht ook een optie.

Is het redelijk om warmte te zien als aardgas, als het om de kosten gaat? Zolang aardgas nog de dominante manier van verwarmen is misschien wel. Nu allerlei concepten en promo’s voor nul-op-de-meter-woningen, energienotaloos wonen en andere energienultermen in opkomst zijn, eigenlijk ook sinds dit jaar, ontstaat een nieuwe ‘markt’ voor energiekostenbescherming. Bij die ‘energiezelfstandige’ gebouwen wordt geen aardgas meer gebruikt en hangt zekerheid over de kosten af van de garanties die bouwers, installateurs en financiers bereid zijn te geven.
Nul-op-de-meter betekent per definitie geen vergelijking met aardgas meer, want nul euro voor elektriciteit is net zoveel als nul euro voor aardgas. Maar je hypotheek gaat omhoog om de renovatie naar nul te bekostigen, en daar gaat vaak toch een vertaalslag vanuit de huidige (aardgas)situatie aan vooraf.
Een nieuw soort niet-meer-dan-anders dus eigenlijk. Niet vanuit Energiened of de warmtebranche, maar vanuit de bouwwereld. Hopelijk leren we van de warmtemarkt en -wet hoe de kosten voor bewoners van die woningen op orde blijven. Want ook dergelijke prestatiegaranties zullen aannames, formules en kleine letters bevatten, en onbedoelde neveneffecten.

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *