Stadsverwarmingskretologie

Stadsverwarming heeft veel nadelen. Zo kun je bijvoorbeeld niet van leverancier veranderen als je vindt dat hij er een potje van maakt of gewoon te duur is. Een nieuwe, leuke, hippe ketel installeren gaat ook niet. En omdat er bij stadsverwarming doorgaans geen gas aanwezig is, kook je elektrisch. Dat kan ook prima, zeker tegenwoordig met allerlei slimme, efficiƫnte en veilige kookplaten (inductie en hoe heet het allemaal). Tien jaar geleden, bij een gesprek in de Bijlmer over stadsverwarming en (dus) elektrisch koken, werd er toch echt luid en duidelijk teruggezegd dat je zo dus niet kunt wokken meneer. Ja, met elektrische dingen zeker. Wokken voor Hollanders. Dat is dus geen wokken!

Stadsverwarming heeft ook voordelen. Je hoeft de ketel niet te laten onderhouden of te vervangen want je hebt geen ketel thuis. Een projectontwikkelaar die het aanvankelijk helemaal niet zag zitten dat hij de huizen aan moest sluiten op een warmtenet, noemde eens als voordeel dat ze tijdens de bouw in ieder geval niet de ketel komen jatten.

Toch is het wijkverwarming gaan heten, en clusterwarmte, en stadswarmte. Bij het woord stadsverwarming zouden mensen denken aan systemen die volledig collectief zijn, dus dat je thuis je thermostaat niet kunt terugdraaien en de afrekening gaat via de grote hoop dus iedereen stookt zoveel mogelijk om te voorkomen dat de buurman profiteert van andermans zuinigheid.

En er is gedoe over de tarieven. Dat valt ook te verwachten bij een monopolistisch systeem, want of het nou buurt-, wijk- of stadsverwarming is, het is altijd een lokaal monopolie (in Nederland dan, in ScandinaviĆ« waar meer met warmte gebeurt is ook meer warmtemarktwerking). Een monopolist die zijn handen vrij heeft, gaat op enig moment zijn eigen gang. Daarom wordt bij nieuwe warmteprojecten vaak (maar echt nog niet altijd) een contract gesloten tussen exploitant en gemeente, over juist toezicht op tarieven, dienstverlening en soms de milieuprestatie. Voor de bestaande warmteklanten moet de Warmtewet redding brengen. Ruim tien jaar wordt er al over die wet gesproken, de Tweede en Eerste Kamer hebben ‘m in 2009 al eens goedgekeurd maar echt handig en uitvoerbaar was-ie nog niet dus we steggelen en lobbyen voort. Op de site van de Autoriteit Consument & Markt is er meer over te vinden: www.acm.nl/nl/onderwerpen/energie/warmte/inleiding. Misschien word je er wijs uit. Ik ben er terughoudend over. Mogelijk worden de tarieven voor warmteklanten bij de grote, oude stadsverwarming beter geregeld, of ze lager worden betwijfel ik. En nieuwe warmteprojecten moeten hopen dat de Wet die voor de grote bestaande projecten is ontworpen, niet als een reus op lemen voeten hun nieuwe kleine fijnzinnige project komt platstampen.

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *